
Met deze quiz test je snel hoe het met je Nederlands gesteld is. 10 moeilijke vragen over spelling, stijl en grammatica. Hoe goed scoor jij?
Quiz samenvatting
0 van 10 Vragen voltooid
Vragen:
Informatie
Je hebt de quiz al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.
Quiz is aan het laden…
Je moet inloggen of inschrijven om de quiz te starten.
U moet eerst het volgende invullen:
Resultaten
Resultaten
0 van 10 vragen juist beantwoord
De tijd is verstreken
Gemiddelde score |
|
Uw score |
|
Categorieën
- Engelse werkwoorden 0%
- Persoonsvorm tegenwoordige tijd 0%
- Persoonsvorm verleden tijd 0%
- Samenstelling 0%
- Samenstelling met er 0%
- Taalquiz 0%
- Voltooid deelwoord 0%
- Woordvolgorde 0%
-
Bedankt voor het maken van de quiz!
Hieronder kun je aanvinken of je een uitgebreide uitslag wilt krijgen (je krijgt dan de komende dagen ook meer uitleg over de antwoorden) en je aanmelden voor mijn nieuwsbrieven. In elke nieuwsbrief die je krijgt, zit een link om je weer uit te schrijven, als je wilt.
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Vraag 1 van 10
1. Vraag
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.
-
Weet jij wat er is ? (gebeuren)
-
-
Vraag 2 van 10
2. Vraag
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.
-
Jullie niet dat we zouden komen. (verwachten, verleden tijd)
-
-
Vraag 3 van 10
3. Vraag
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.
-
Hoe jij al die informatie zo makkelijk? (onthouden, tegenwoordige tijd)
-
-
Vraag 4 van 10
4. Vraag
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.
-
Het lijkt of hij veel weet, maar hij bijna alles. (googelen, tegenwoordige tijd)
-
-
Vraag 5 van 10
5. Vraag
Welke spelling is juist?
-
Vraag 6 van 10
6. Vraag
Welke spelling is juist?
-
Vraag 7 van 10
7. Vraag
Welke zin is grammaticaal juist?
-
Vraag 8 van 10
8. Vraag
Welke van onderstaande zinnen is juist?
-
Vraag 9 van 10
9. Vraag
Je schrijft een zakelijke mail aan Lianne de Boer – Vierhouten. Welke aanhef gebruik je?
-
Vraag 10 van 10
10. Vraag
Hieronder staan vier beweringen over taal. Slechts één ervan is waar. Welke?